Emailadres: Login
Wachtwoord:
Suriplein.com Vakantie Suriname \ Algemeen Overleg AOW-gat 17-01-2008

Algemeen Overleg AOW-gat 17-01-2008

Nr. 126 VERSLAG VAN EEN ALGEMEEN OVERLEG 
Vastgesteld 29 februari 2008 

De vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid1 heeft op 17 januari 2008 overleg gevoerd met staatssecretaris Aboutaleb van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over: 
– de brief van de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over onvolledige AOW-opbouw (29 549, nr. 13). 
Van dit overleg brengt de commissie bijgaand samenvattend verslag uit. 

Vragen en opmerkingen uit de commissie 

Mevrouw Karabulut (SP) 
betoogt dat nog steeds 7% van de ouderen in armoede leeft, vaak doordat zij een AOW-gat hebben. Deze ouderen moet een waardige oude dag worden geboden. Wat let de staatssecretaris om hun inkomen automatisch aan te vullen door de Sociale Verzekeringsbank (SVB) met geld uit de bijzondere bijstand? Zo wordt niet-gebruik voorkomen, dalen de uitvoeringskosten en komt er één loket. 
– Hoe kan worden voorkomen dat ouderen met een AOW-gat hun huis moeten opeten? De vermogenstoets moet voor deze groep worden versoepeld. 
– Wordt de termijn die AOW’ers in het buitenland mogen verblijven, verlengd tot 26 weken? 
– Bijverzekeren van het AOW-gat is voor veel ouderen financieel niet mogelijk. Bovendien zijn zij hierover in het verleden niet of slecht geïnformeerd. 
Voor dit probleem moet een oplossing worden gevonden. 

De heer Blok (VVD) 
stelt vast dat de coalitiepartijen hun belofte om het AOW-gat te repareren niet zijn nagekomen. Inhoudelijk hebben zij daarin overigens gelijk, omdat reparatie onrechtvaardig zou zijn. De verantwoordelijkheid voor het oplossen van een eventueel AOW-gat van migranten ligt bij de landen van herkomst. 
– De vermogenstoets moet worden toegepast op mensen met een AOW-gat die aanvullende bijstand krijgen, ook als de uitvoering wordt overgedragen aan de SVB. 
– Mensen die arm zijn, kunnen geen 26 weken op vakantie. 
– Hoe gaat de staatssecretaris bevorderen dat mensen met een AOW-gat zich bijverzekeren en AOW-rechten bijkopen? Wil de staatssecretaris dit meer onder de aandacht brengen? 

De heer Omtzigt (CDA) 
benadrukt het verzekeringskarakter van de AOW. 
Mensen moeten in staat worden gesteld om voor zichzelf te zorgen. Wil de staatssecretaris bevorderen dat mensen met een AOW-gat zich bijverzekeren? Instanties wijzen mensen nog veel te weinig op deze mogelijkheid. Kunnen mensen die in het verleden niet of onvolledig zijn voorgelicht (eenmalig) de mogelijkheid krijgen om alsnog AOW-rechten in te kopen? 
– Is het wel logisch dat mensen met een AOW-gat geld krijgen op basis van de Wet werk en bijstand (WWB)? Deze wet is vooral gericht op het weer aan het werk helpen van mensen. 
– Wil de staatssecretaris overleggen met de SVB, de VNG en de grote gemeenten om te komen tot een uniforme regeling (modelverordening) voor de aanvulling van onvolledige AOW-uitkeringen? Het zou goed zijn als die door de SVB wordt uitgevoerd. Vrijwilligheid werkt daarbij beter dan wetgeving. 
– Kunnen de inkomens- en de vermogenstoets in de aanvullende bijstand soepeler worden toegepast op mensen die hun hele leven lang hard hebben gewerkt? Wat zijn de kosten daarvan? 
– Heeft de staatssecretaris aandacht voor mensen met een AOW-gat die nog werken na hun 65ste? 
– Op het jaarlijkse verzekerdenbericht behoren niet allen de WW- en arbeidsongeschiktheidsrechten, maar ook de AOW-rechten te worden vermeld. 

Mevrouw Koser Kaya (D66) 
haalt aan dat het probleem van het AOW-gat van migranten al jaren speelt. Zij vinden het niet prettig om hun hand op te houden voor de bijzondere bijstand. Het is daarom goed dat ondertussen 60 gemeenten deze regeling laten uitvoeren door de SVB. Uiteindelijk moet er een landelijke regeling komen. 
– De inkoopregeling moet worden verruimd, zodat ook mensen die al langer in Nederland verblijven, ervan kunnen profiteren. Wat vindt de staatssecretaris van de FNV-voorstellen? 
– Ook 65-plussers met aanvullende bijstand moeten een halfjaar in het buitenland mogen verblijven. 
– Niet-gebruik moet worden bestreden door betere informatievoorziening. 
Hoe gaat de staatssecretaris dat invullen? 

Mevrouw Van Gent (GroenLinks) 
stelt dat de staat van een land blijkt uit hoe het omgaat met zijn ouderen. Voorkomen moet worden dat ouderen in armoede leven. 
 De voorlichting aan oud-rijksgenoten over AOW-rechten is begin jaren zeventig slecht geweest; bovendien zijn bij hen verwachtingen gewekt. Is de staatssecretaris bereid om hen onder een pardonregeling te laten vallen? 
– Er zou geen vermogenstoets moeten gelden voor gastarbeiders die hebben meegeholpen om Nederland op te bouwen. Zij zouden daarom niet onder de aanvullende bijstand maar onder een aparte regeling moeten vallen. 
– Is de staatssecretaris bereid om het niet-gebruik van de aanvullende bijstand te bestrijden, met name door voorlichting en uitvoering door de SVB? Gemeenten moeten meer worden gedwongen om dit probleem aan te pakken. 
– Er moet een knip worden gemaakt tussen oude en nieuwe gevallen. Voor oude gevallen kan een deel van de opbouwperiode worden kwijtgescholden. 
Kan de opbouwperiode worden verlaagd van 50 naar 40 jaar? 

Mevrouw Ortega-Martijn (ChristenUnie) 
betoogt dat het ontstaan van het AOW-gat zo veel mogelijk moet worden voorkomen. In het verleden is dat onvoldoende gebeurd. Te veel mensen zijn nog onwetend over hun toekomstige onvolledige AOW-uitkering. Als mensen beter worden geïnformeerd, kunnen zij zelf actie ondernemen zodat aanvullende bijstand in de toekomst niet meer nodig is. Mensen die Nederland binnenkomen, moeten bijvoorbeeld beter worden geïnformeerd over de mogelijkheden om een AOW-gat te dichten. 
– Er moet één loket komen voor mensen met een AOW-gat, dat zowel de AOW als de aanvullende bijstand uitkeert. De SVB kan deze rol vervullen. 
– De aanvullende bijstand is minder geschikt om het AOW-gat te vullen. Wil de staatssecretaris in dat licht een aparte regeling maken, zonder regels over vakantie en met een soepeler vermogenstoets voor mensen met een klein pensioen? 
– Wat wil staatssecretaris doen om de positie van oud-rijksgenoten te verbeteren en hoeveel gaat dit kosten? Kan er een inkoopregeling komen met gunstige voorwaarden? 

Mevrouw Hamer (PvdA) 
benadrukt dat het moeilijk is om de problemen met het AOW-gat op te lossen. De politiek mag geen verwachtingen wekken die niet worden waargemaakt. Mensen mogen niet onder de armoedegrens komen. 
– De WWB is vooral gericht is op werken. De aanvullende bijstand voor mensen met een AOW-gat is daarom een vreemde eend in de bijt. Hoeveel zou een aparte regeling kosten? 
– Het wordt tijd dat er één loket komt, mogelijk bij de SVB. Indien dit niet van onderop tot stand komt, zou het nog dit jaar via wetgeving moeten worden geregeld. 
– Kan er nog dit jaar een goede regeling komen voor verblijf in het buitenland? De termijn zou moeten worden uitgebreid van 13 naar 26 weken. 
– De voorlichting moet worden verbeterd, zodat nieuwe gevallen zoveel mogelijk worden voorkomen. Ook moeten de mogelijkheden om AOW-rechten in te kopen worden uitgebreid. 

De heer Tony van Dijck (PVV) 
betoogt dat 16% van de AOW’ers een AOW-gat heeft en dat maar 6% aanvullende bijstand heeft aangevraagd. Hoe groot is de groep met problemen? Is het verschil tussen 16% en 6% te verklaren uit een gebrekkige informatievoorziening? Het blijkt dat een groot deel van de groep eigen vermogen of een eigen huis heeft. Het huidige systeem met aanvulling uit de bijstand moet blijven bestaan, inclusief de vermogenstoets en de beperkingen aan het verblijf in het buitenland. 
– Het is onnodig om het niet-gebruik van de aanvullende bijstand actief te bestrijden met het argument dat mensen hun hand niet willen ophouden. 
– Het beleid moet erop worden gericht dat mensen hun AOW-gat dichten, mogelijk met meer dwang. De voorlichting moet worden verbeterd en de mogelijkheden om AOW-rechten in te kopen moeten worden verruimd. Kan deze inkoop fiscaal aftrekbaar worden gemaakt? 
– Voor mensen die niet kunnen aantonen hoeveel zij in het buitenland hebben verdiend, moet een minimumbedrag worden vastgesteld op basis waarvan zij AOW-rechten kunnen inkopen. 
– De kosten om AOW-rechten in te kopen zijn erg hoog en zouden moeten worden bevroren. Het is vaak zelfs voordeliger om een lijfrente te kopen. 

Antwoord van de staatssecretaris 
De staatssecretaris spreekt uit dat voorkomen moet worden dat ouderen met een onvolledige AOW tussen wal en schip vallen. Er zijn al veel maatregelen genomen, zoals mandatering door gemeenten aan de SVB en verbetering van de voorlichting. Overigens leven lang niet alle mensen met een AOW-gat op het sociaal minimum. 
– De AOW is een verzekering en geen algemene voorziening, wat de mogelijkheden beperkt om de regels aan te passen. Of de AOW een verzekering blijft, is een politieke keuze. 
– Het uitbetalen van de aanvullende bijstand door de SVB – 56 gemeenten laten dit nu doen – kan enerzijds de bureaucratie verminderen omdat er één loket komt voor AOW’ers met een AOW-gat. 
Anderzijds moeten zij vaak nog steeds langs bij de gemeente voor de bijzondere bijstand, gemeentelijke minimaregelingen en de Wmo. Sommigen zullen zich dat misschien zelfs niet bewust zijn, waardoor zij geld mislopen. 
– De staatssecretaris zal de gemeenten, waaronder Amsterdam, aansporen om het uitbetalen van de aanvullende bijstand door de SVB laten uitvoeren. In de zomer zal worden bezien of voldoende gemeenten dit mandateren. Indien dat onbevredigend verloopt, zal worden bezien in hoeverre het verstandig is om via wetgeving de formele verantwoordelijkheid voor de uitvoering bij de SVB te leggen. 
– Het is niet nodig dat de VNG een modelverordening opstelt voor het overdragen van de uitvoering aan de SVB. De SVB gaat het gesprek aan met individuele gemeenten en komt daarbij tegemoet aan specifieke wensen. De staatssecretaris is bereid om de SVB en de VNG te vragen, hierover in gesprek te gaan. 
– Het niet-gebruik van aanvullende bijstand wordt op verschillende manieren bestreden. De SVB zal een groep van 27 000 AOW’ers aanschrijven die in aanmerking komt voor aanvullende ondersteuning uit de WWB. Veel gemeenten zijn bezig met een voorlichtingscampagne en het vereenvoudigen van aanvraagformulieren. Verder kunnen zij inzicht krijgen in de gegevens van personen met een AOW-gat, zodat zij die gericht kunnen benaderen. 
– Het blijkt moeilijk om te bepalen hoe groot het niet-gebruik precies is.Het SCP is uitgegaan van 70%, de SVB schat het op 20%. De staatssecretaris zal dit nog eens in beeld laten brengen. 
– Het is mogelijk om een aparte regeling te maken voor de aanvulling, maar dit moet dan wel voldoende worden gemotiveerd: waarom moeten mensen met een AOW-gat anders worden behandeld dan andere bijstandsgerechtigden, bijvoorbeeld ten aanzien van de vermogenstoets? De kans bestaat dat door een aparte regeling ook mensen met een AOW-gat die geen steun nodig hebben, toch extra geld krijgen. De staatssecretaris zal voor de zomer een inventarisatie maken van de gevolgen van enerzijds uitvoering door de SVB en anderzijds het creëren van een aparte regeling. 
– Het versoepelen van de vermogenstoets voor mensen met een AOW-gat zal ervoor zorgen dat meer mensen recht krijgen op aanvullende bijstand. De kosten hiervan zijn beperkt, namelijk enkele miljoenen. 
– Het zou oneerlijk zijn ten opzichte van mensen die jarenlang premie hebben betaald, om mensen die slechts kort in Nederland hebben gewoond tijdens hun werkzame leven, een volledige uitkering te geven. De wijze waarop AOW-rechten worden opgebouwd, is daarom een eerlijk systeem. 
– De voorlichting over het bestaan of ontstaan van een AOW-gat en de mogelijkheden om dat te voorkomen, zal worden verbeterd. De staatssecretaris zal bezien in hoeverre het verzekerdenbericht hiervoor geschikt is. Hij heeft de SVB gevraagd om samen met de gemeenten te bezien hoe en wanneer migranten het beste kunnen worden geïnformeerd over bijvoorbeeld de inkoop van AOW-rechten. 
– De mogelijkheden voor vrijwillige inkoop van AOW-rechten worden aanzienlijk verbeterd. Voor verruiming van de mogelijkheden is wetgeving nodig. De grens van tien jaar voor de aankoop van AOW-rechten is praktisch belangrijk, omdat het lastig is om het inkomen in het verleden te bepalen. De staatssecretaris wil bestuderen of er een eenmalige regeling kan worden gemaakt voor mensen die al langere tijd in Nederland verblijven; hij zal de Kamer daarover informeren. 
– De AOW-premie is niet fiscaal aftrekbaar. Het wel aftrekbaar maken voor mensen met een AOW-gat zou leiden tot ongelijke behandeling. 
– In de verhouding met Suriname en de Nederlandse Antillen is er bewust voor gekozen om de sociale zekerheid geen  Koninkrijksaangelegenheid te maken. Deze landen zijn dus altijd zelf verantwoordelijkheid geweest voor de publieke oudedagvoorziening van hun onderdanen. 
– Het is niet gerechtvaardigd om de rekening van het niet treffen van voorzieningen door de Surinaamse regering te presenteren aan de Nederlandse regering. Bovendien is het juridisch lastig om oud-rijksgenoten anders te behandelen dan andere migranten. 
– Rond de onafhankelijkheid van Suriname is algemene voorlichting gegeven over de inkoop in het Nederlandse stelsel, hoewel deze niet specifiek was gericht op Surinamers.
 
– Het verlengen van het aantal vakantieweken van 13 naar 26 heeft voor en nadelen. Er kan sprake zijn van ongelijke behandeling in vergelijking met bijstandsgerechtigden onder de 65 die zijn vrijgesteld van werk. Mensen boven de 65 hebben echter geen werkverplichting, dus is het wellicht niet billijk om hen gedwongen in Nederland te houden. Een voordeel is bovendien dat zij dan niet gebruikmaken van een aantal sociale voorzieningen in Nederland. 

Toezeggingen 
– De Kamer ontvangt tegen de zomer een notitie over de mogelijkheden om de aanvullende bijstand door de SVB te laten uitbetalen of om een alternatieve regeling te maken los van de WWB. 
– De Kamer ontvangt een notitie over de inkoop van AOW-rechten, inclusief een eenmalige regeling. 
– De Kamer ontvangt een notitie over de vermogenstoets, de inkomenstoets en de doorwerktoets. 
– De Kamer wordt geïnformeerd over het eventueel opnemen van de AOW-rechten in het verzekerdenbericht. 

De voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid, 
De Wit 

De griffier van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid, 
Post 

Tweede Kamer, vergaderjaar 2007–2008, 24 515 en 29 549, nr. 126 5